Burgerlijke Cultuur Invalshoek 2

1.a   De stroming die hier dan heel groot is, is het Hollands classicisme. Deze verwijst terug naar de           klassieke tijd, dus de tijd van Grieken en Romeinen. Dwz zuilen, timpanen en rechte en                       horizontale lijnen.
1.b
                      

        Op deze afbeelding is te zien dat de destijdse definitie van mooi de classicistische normen                   waren. Het Paleis op de Dam heeft timpanen, horizontale en verticale rechte lijnen en natuurlijk         de uitstekende dakrand.
1.c   De aristotelische principes zijn gebaseerd op drie eenheden:
        -De eenheid van tijd:                  het op het toneel voorgestelde gebeuren mag niet de tijdsduur                                                                 van een etmaal overschrijden.
        -De eenheid van plaats:              het geheel moet zich op dezelfde of nagenoeg dezelfde plaats                                                                   afspelen.
        -De eenheid van handeling:       geen niet ter zake doende nevenintriges mogen de strakke lijnen                                                             verstoren.
1.d   - passiespel/blijspel         De klucht houdt zich het meest aan de aristotelische principes, omdat
        - klucht                            deze niet lang duurt, gaat alleen maar over lachen, dwz, geen verhaal,
        - treurspel                        en deze speelt zich meestal ook op 1 locatie af.

2.a   Doordat het protestantse geloof waren de kunsten een stuk soberder geworden. Rustiger, met               minder goud en zonder beelden, en boven alles, minder groots.
2.b   Ja, er was een hiërarchie. De architectuur en de beeldende kunst waren veel groter en gewilder             als bijvoorbeeld theater, muziek en dans.

        "Want een volmaekte schildery is als een spiegel van de Natuur, die de dingen die niet en zijn,               doet schijnen te zijn, en op een geoorloofde vermakelijke en prijselijke wijze bedriegt."

3.a   Nee, dat ziet men niet zo. De werkelijkheid wordt gekopieerd, maar er wordt een stukje                       symboliek aan toegevoegd, zoals bepaalde dingen die op het eerste gezicht onbelangrijk lijken,           maar in werkelijkheid een groot verhaal vertellen over het werk.
3.b

        Dit werk laat een kamer zien waar mensen samen zijn, en het zo te zien gezellig hebben. Op het         werk is onder meer een papegaai in de hoek van de kamer te zien, teven een vogelkooi aan de             muur, en nog een spijker in de muur. ook is er een tafel vol eten te zien, en een hond die aan een         non snuffelt.

3.c   Steen maakt vooral goed gebruik van diepte en schaduwen, waardoor het geheel al heel erg
        realistisch lijkt. Ook creëert hij hier 'beweging' in het werk -> de wijn die wordt ingeschonken.
3.d   Dit werk heeft zeker een betekenis, want dit werk zit vol met symboliek. Het hoofdidee is dat de         ouderen het slechte voorbeeld geven. Dit is te zien, want de vader leert de zoon pijp roken, en de         vrouw links in het werk met het glas ziet er nogal losbandig uit. Tevens staat de papegaai in de           hoek van de kamer symbool voor de kinderen die de ouderen nadoen.

        De affectenleer is een esthetische theorie uit de late barok met, in eerste instantie, betrekking op         muziek. De leer beschrijft hoe affecten, hartstochten, moeten worden uitgedrukt in de muziek.             René Descartes, een bekend rationalist uit de 17e eeuw, beschrijft in zijn modellenboek "Traité           des passion de l'âme zes soorten affecten of hartstochten: verwondering, liefde, haat, verlangen,         vreugde en treurnis."
        Charles Lebrun, als docent en oprichter verbonden met de Academie des Beaux Arts in                       Frankrijk, maakt ook een visueel modellenboek, waarin emoties aan gezichtsuitdrukkingen                 worden gekoppeld. dit soort boeken ontstaan niet door werken naar de waarneming, maar door         het bestuderen van oude meesters. deze boeken dienen weer als voorbeeld voor schilders.

4.     De gezichtsuitdrukkingen die hier worden afgebeeld zijn:
                    -L'es perence: de verwachting, het verlangen
                    -La crainte: de angst, de haat

Burgerlijke Cultuur Invalshoek 1

1.a   Protestants en Rooms-Katholiek
1.b   - Protestanden zeggen dat alleen de Bijbel een bron van God kan zijn. Katholieken gebruiken                 ook nog andere bronnen.
        - Katholieken hebben de paus als hoofd van de kerk, terwijl protestanten zeggen dat de macht               van de kerk niet in de handen van een sterveling mag liggen.
1.c   Het christendom
1.d   De voorstelling is dat de dood nadert, en er bijna is.
1.e   Er wordt ruimte gesuggereerd door de diepte, die is gecreëerd door de tafel.
1.f   Opengebroken walnoot betekent dood.
        Schedel betekent dood.
        Opgebrande kaars staat symbool voor het leven wat bijna ten einde is.
                    
1.g   Je moet sober leven, want ander kan het zijn dat je niet in de hemel komt.
1.h   Dit is een Vanitasstilleven.

2.a   De Bataafse opstand was een opstand van de West Germaanse Bataven in de provincie Neder-             Germanië.
2.b   Omdat er een geschiedenis verteld werd over de Bataven dmv 8 schilderijen.
2.c   Het werk was verwijderd uit het stadhuis om aanpassingen te maken, maar het doek is nooit                 teruggekeerd.

3.a   Een allegorie in de beeldende kunst geeft een symbolische voorstelling weer. In de timpaan op             het Paleis op de Dam is dit de stedemaagd omringd door de Goden.
3.b  Een voorbeeld van een wijs en deugdzaam stadsbestuur is Minerva die in de burgerzaal naast de          Stedemaagd zit.
                     

Romantiek en Realisme Invalshoek 5

Kunst, wetenschap en techniek

1.   Muziekwetenschap en kunstgeschiedenis zijn als zelfstandige disciplines in de 19e eeuw ontstaan,       omdat de klassieke opvatting over kunsten steeds meer ter discussie komt te staan. Daardoor komt       er behoefte aan onderzoek. Feitenonderzoek en biografische studies staan in de belangstelling.

2.a   Der Ring des Nibelungen gaat over het verhaal van de oppergod Wotan en de tragedie van de             wereld: de strijd van egoisme en liefde. De heer van het Walhalla wil zijn macht voorgoed                   veiligstellen door een geweldig fort te bouwen, en dit fort wordt gebouwd met behulp van goud,         gestolen van de Rijndochters. Het goud is de vloek die de mensen bedreigd, en alleen een held             met een zuiver hart en ontembare moed kan het goud overwinnen.
2.b   Het gevoel speelt een grote rol in dit stuk, zoals de moed van de held, en de angst van het volk             voor het Rijngoud.
2.c   Wagner heeft zo´n beetje alle kunstvormen samengebracht in dit magnum opus.

3.a   Hier werd gasverlichting gebruikt.
3.b

Romantiek en Realisme Invalshoek 4

Kunst en vermaak

1.   -liederencyclus: een bundel van liederen
      -(Weense) wals: parendans in een tamelijk snelle driekwartsmaat
      -operette: een vorm van muziektheater die erg op opera lijkt
      -romantisch ballet: De danskunst is uitermate geschikt om de idealen van de romantiek zichtbaar         te maken.
      -vaudeville-theater: een populair muziektheater met liederen
      -melodrama: een genre in het theater waarbij zang of muziek werd gecombineerd met drama
      -openbare concerten: gratis opvoeringen in een concertzaal

2.   Als je daar binnen kwam en gezien werd, wisten mensen dat je geld had, en dat je van goede               komaf was.

Romantiek en Realisme Invalshoek 3

Kunstenaar en opdrachtgever: politieke en economische macht

1.a   Anatomie, wiskunde en geschiedenis
1.b   De Prix-de-Rome
1.c   De klassieke kunst was de norm
1.d   Nee, hij was niet toegelaten omdat zijn werk te vrijpostig was
1.e   Deze zijn traditioneel, want de artes liberales maakten ook nog deel uit van de opleiding

2.a   De gothische stijl en de Hollandse renaissancestijl. De gothiek is te vinden in de spitse daken, en de hollandse renaissance is te herkennen aan de symmetrie en harmonie.
2.b   De opdrachtgever was het rijk, de overheid. En deze was traditioneel, want zij wilde laten zien aan Nederland haar rijke cultuurgeschiedenis.
2.c   Kunst bewaren, en nederland iets leren over de nederlandse kunstgeschiedenis.
2.d   Beeldhouwwerken, glas-in-lood, portretten, schilderingen, mozaïeken en teksten.
2.e   Nee, want de nederlandse kunst wordt nog steeds bewaard, en het museum wil nederlanders nog steeds iets leren over hun kunstgeschiedenis.
2.f   Buiten de overheid waren er nog de rijken die opdrachten gaven aan kunstenaars.

3.a   In een salon.
3.b   Deze salons zijn gebonden aan een academie, en dus gebonden aan de regels van die academie.

Romantiek en Realisme Eigen kunst

Romantiek en Realisme Invalshoek 2

Romantiek en Realisme

Invalshoek 2: kunst en esthetica

1.a   Toen was het classicisme een grote stroming, en daarvoor moest je heel erg getrouw zijn aan de oude griekse en romeinse kunstregels.

1.b   Het ging minder om de regeltjes, en meer om het gevoel wat die kunst oplevert.

1.c   Vanaf hier moet alles weer realistisch en natuurgetrouw zijn.

2.a   Solo

2.b   Duet

2.c   ?

2.d   Het is een romantische scene waarin de liefde tussen de twee benadrukt wordt. dit gevoel wordt opgewekt door het decor: een idyllisch boerendorpje. Het tweede aspect is dat de twee een onmogelijke liefde hebben, en dat ze dus niet samen kunnen zijn.
2.e   Giselle en Albrecht verlangen naar elkaar, en houden van elkaar. Alleen zullen ze nooit bij elkaar kunnen zijn, en dat is waar ze allebei bang voor zijn: dat ze elkaar nooit meer zullen zien.